Classificatiesysteem en kwalificatieprocedures voor typetesten van kleppen
1 Toepassingsgebied Dit deel van ISO 15848 specificeert testprocedures voor de evaluatie van externe lekkage van klepsteelafdichtingen (of as) en lichaamsverbindingen van afsluitkleppen en regelkleppen bedoeld voor toepassing in vluchtige luchtverontreinigende stoffen en gevaarlijke vloeistoffen. Eindverbindingsverbindingen, vacuümtoepassing, effecten van corrosie en straling zijn uitgesloten van dit deel van ISO 15848. Dit deel van ISO 15848 betreft classificatiesysteem en kwalificatieprocedures voor typebeproeving van afsluiters.
2 Normatieve verwijzingen De volgende documenten waarnaar verwezen wordt zijn onmisbaar voor de toepassing van dit document. Voor gedateerde referenties geldt alleen de genoemde editie. Voor ongedateerde referenties is de laatste editie van het document waarnaar wordt verwezen (inclusief eventuele wijzigingen). ISO 5208, Industriële afsluiters — Druktesten van afsluiters
3 Termen en definities Voor de doeleinden van dit document gelden de volgende termen en definities.
3.1bodyafdichtingenelke afdichting in drukbevattend onderdeel behalve steel- (of asafdichtingen)
3.2 Klasse een handig rond getal dat wordt gebruikt om druk-temperatuurclassificaties aan te duiden OPMERKING Het wordt aangeduid met het woord "Klasse" gevolgd door het juiste referentienummer uit de volgende reeksen: Klasse 125, Klasse 150, Klasse 250, Klasse 300, Klasse 600, Klasse 900, Klasse 1 500, Klasse 2 500.
3.3 Concentratieverhouding van het testvloeistofvolume tot het gasmengselvolume gemeten bij de lekbron(nen) van de testklepOPMERKING De concentratie wordt uitgedrukt in ppmv (parts per million volume), een eenheid die wordt afgeraden door ISO (1 ppmv=1 ml/ m3=1 cm3/m3). ISO 15848-1:2006(E)2 © ISO 2006 – Alle rechten voorbehouden
3.4 regelklepbekrachtigd apparaat dat de vloeistofstroomsnelheid in een procesbesturingssysteem verandert en dat bestaat uit een klep die is aangesloten op een actuator die in staat is om de positie van een afsluitorgaan in de klep te veranderen in reactie op een signaal van het besturingssysteem
3.5 diffuse emissie elke chemische stof of mengsel van chemicaliën, in welke fysieke vorm dan ook, die een onverwachte of onechte lekkage van apparatuur op een industriële locatie vertegenwoordigt
3.6 lekverlies van de testvloeistof door de spindel (of as) afdichting of huisafdichting(en) van een testklep onder de gespecificeerde testomstandigheden en uitgedrukt als een concentratie of een leksnelheid
3.7leksnelheidmassastroomsnelheid van de testvloeistof, uitgedrukt in mg·s−1 per meter van de omtrek van de steel
3.8 lokale lekkagemeting van de lekkage van de testvloeistof met behulp van een sonde op het lekbronpunt
3.9 mechanische cyclus van regelkleppen voor lineaire/roterende regelkleppen, testcycli uitgevoerd bij 50 % van slag/hoek met een amplitude van ± 10 % van volledige slag/hoek
3.10mechanische cyclus van het isoleren van kleppenbeweging van een klepafsluiter die van de volledig gesloten positie naar de volledig open positie beweegt en terugkeert naar de volledig gesloten positie
3.11nominale maatDNalfanumerieke maataanduiding voor componenten van een leidingsysteem, die wordt gebruikt voor referentiedoeleinden en die bestaat uit de letters DN gevolgd door een dimensieloos geheel getal dat direct gerelateerd is aan de fysieke maat, in millimeters, van de boring of buitendiameter van de eindaansluitingenOPMERKING 1 De nominale diameter wordt aangeduid met de letters DN gevolgd door een nummer uit de volgende reeksen: 10, 15,20, 25, 32, 40, 50, 65, 80, 100, 125, 150, 200, 250, 300, 350 , 400, etc.OPMERKING 2 Het getal na de letters DN vertegenwoordigt geen meetbare waarde en mag niet worden gebruikt voor berekeningsdoeleinden, behalve waar gespecificeerd in de relevante norm.
3.12nominale drukPNnumerieke aanduiding die een handig afgerond getal is voor referentiedoeleindenOPMERKING 1 Alle apparatuur van dezelfde nominale grootte (DN) aangeduid met hetzelfde PN-nummer heeft de compatibele koppelingsafmetingen.OPMERKING 2 De maximaal toelaatbare werkdruk hangt af van materialen, ontwerp en werktemperaturen en moet worden gekozen uit de tabellen met druk-/temperatuurclassificaties in de betreffende normen. OPMERKING 3 De nominale druk wordt aangeduid met de letters PN gevolgd door het juiste referentienummer uit de volgende reeksen: 2,5, 6, 10, 16, 20, 25, 40, 50, enz.
3.13Isolatieklepklep die hoofdzakelijk bedoeld is voor gebruik in gesloten of open positie, die elektrisch of handmatig kan worden bediend
3.14prestatieklasseniveau van de prestatie van een testklep gedefinieerd door de criteria gespecificeerd in clausule 6
3.15kamertemperatuurtemperatuur in het bereik van − 29 °C tot + 40 °C
3.16steelasklepcomponent die zich uitstrekt in de klepschaal om de lineaire/roterende beweging van het bedieningsapparaat naar de klepafsluiter over te brengen
3.17steel afdichtingsasafdichtingscomponent(en) geïnstalleerd rond de klepsteel (of as) om lekkage van interne vloeistoffen naar de atmosfeer te voorkomen
3.18testdrukdruk die wordt gebruikt voor het testen van de klep die, tenzij anders gespecificeerd, de nominale druk moet zijn die is gespecificeerd bij de testtemperatuur en het materiaal van de schaal van een testklep in de relevante normen
3.19testtemperatuurvloeistoftemperatuur geselecteerd voor de test uit tabel 3 zoals gemeten in de testklep
3.20thermische cyclusverandering van de temperatuur van de kamertemperatuur naar de gespecificeerde testtemperatuur en terugkeer naar de kamertemperatuur
3.21totale lekkageopvang van lekkage van de testvloeistof bij de lekbron met behulp van een inkapselingsmethode
3.22type testa-test uitgevoerd om de prestatieklasse van een klep vast te stellen
